In december 2022 zat de familie van Gerrit-Jan nog gezamenlijk aan het kerstdiner. Niemand zag dan ook aankomen dat de vader van Gerrit-Jan begin januari opgenomen zou worden in het ziekenhuis. “Hij bleek longkanker te hebben en is sinds dat moment nog maar een één of twee dagen thuis geweest”, vertelt Gerrit-Jan. Diezelfde maand overleed hij aan de ziekte.
De moeder van Gerrit-Jan was al langere tijd ziek. “Ze had een leverziekte, die uiteindelijk overging in leverkanker. We wisten dat zij een levensverwachting had van drie jaar”, legt de zoon uit. Dit jaar verslechterde haar situatie in oktober. “Ze werd opgenomen in een hospice en begin november is ze overleden.”
Alsof dit nog niet genoeg is, kreeg Gerrit-Jan te horen dat hij niet in zijn huis mocht blijven; het huis waarin hij geboren en getogen werd. Het huis is namelijk een huurwoning van Omnia. Gerrit-Jan wordt met zijn 33 jaar niet meer aangemerkt als wees. “Tot en met 27 jaar zien ze dat wel zo. Dan had ik hier mogen blijven wonen.”
Wat gebeurt er met een huurwoning als de ouders overlijden?
Wanneer de ouders overlijden, mag een huurcorporatie kinderen niet zomaar op straat zetten. Het kind moet wel een aantal stappen doorlopen en documenten opsturen naar de corporatie om te mogen blijven wonen in het ouderlijk huis.
Om voor onbepaalde tijd in een huurwoning te kunnen blijven, moet daarnaast een duurzame gemeenschappelijke huishouding met de ouders worden aangetoond. Dat betekent dat het kind aantoont dat hij of zij samenwoonde met de ouders, meebetaalde aan de rekeningen en vrije tijd samen doorbracht, maar ook dat het kind de intentie had om niet zelfstandig te gaan wonen.
Wanneer het kind ouder is dan 27 jaar wanneer de ouders overlijden of de leeftijd van 27 bereikt na het overlijden, wordt het huurcontract in principe niet verlengd. Voor wezen vanaf 28 jaar is namelijk geen wet geschreven. Het kind kan alleen in de woning blijven als de woningcorporatie het kind aanmerkt als medehuurder van de overleden ouders. Maar daarvoor moet dus wel aangetoond worden dat er sprake was van de duurzame gemeenschappelijke huishouding.
Bron: Rijksoverheid
In eerste instantie was de boodschap dat hij nog twee maanden mocht blijven wonen in het huis. “Ik had me ingeschreven bij de woningcorporatie van de Noord-Veluwe, maar dat was natuurlijk veel te laat”, realiseert hij zich. “Ik ben de afgelopen jaren mantelzorger geweest voor mijn moeder, naast mijn gewone baan. Ik heb helemaal niet na kunnen denken over hoe het verder zou gaan.”
Voor een andere huurwoning komt Gerrit-Jan dan ook onderaan de lijst te staan. “En bij de lotingwoningen zijn zo veel kandidaten, dat je weinig kans maakt.” Ook voor een aanvraag met urgentie blijkt hij niet in aanmerking te komen.
Twee jaar in de woning
Daarom is Gerrit-Jan samen met zijn schoonzus verhaal gaan halen bij Omnia. “Ze hebben mij aangehoord en zouden verder contact opnemen.” Na een periode van onzekerheid kreeg hij uiteindelijk vorige week het bericht dat hij voor een periode van twee jaar in de woning mag blijven. Omnia Wonen laat in een korte schriftelijke reactie weten de situatie van Gerrit-Jan vervelend te vinden. “We zijn in contact met meneer Van Bentum en gaan nog met hem in gesprek.”
Gerrit-Jan stapte daarnaast naar de Rechtswinkel, een Nunspeetse stichting voor gratis juridische ondersteuning. “Zij gaven ook aan dat ik niet veel opties heb. De laatste mail van Omnia wil ik nog wel door hun laten checken”, vertelt hij.
Te groot
Hoe dan ook lijkt het duidelijk dat Gerrit-Jan niet permanent in het huis kan blijven wonen. “Uiteindelijk had ik toch wel iets anders gewild, want dit is te groot voor mij alleen, maar dan had ik het op mijn eigen tijd kunnen doen.”
Zicht op iets anders heeft Gerrit-Jan nog niet. “Het is niet makkelijk”, weet hij. Erg kritisch is hij dan ook niet. “Ik reageer op alles wat er voorbij komt. het liefst niet veel verder van mijn werk in Hasselt wonen, maar als het niet anders kan zou ik best in Harderwijk bijvoorbeeld willen wonen.”
Veel steun
Aan zijn broer, zussen en schoonzus heeft Gerrit-Jan veel steun. “Daar ben ik heel blij mee. In het slechtste geval zou ik misschien naar één van hun kunnen, maar dat wil ik natuurlijk liever niet”, stelt hij. “Ik heb al best veel geprobeerd”, vindt Gerrit-Jan. Maar mocht je tips, adviezen of andere manieren weten waarop Gerrit-Jan uit de brand geholpen kan worden, neem dan contact op met de reactie.
Heb je een tip of opmerking? Mail onze redactie via info@locomediagroep.nl.